Hoe democratisch is een (rechts)staat?

Ronald de Vries, 17.11.2024

 

Veelal wordt als belangrijk(ste) kenmerk van een democratie gezien dat het een rechtsstaat is. Dus een stelsel dat wetten kent die de burgers tegen willekeur van bestuurders moet beschermen ofwel het garanderen van ‘negatieve vrijheden’: vrij van ......

Dit stelsel is ontstaan in een fase van de monarchie toen de ‘volksvertegenwoordigers’ zich onafhankelijker van de koning probeerden te maken.

Dus wordt uitgegaan van een situatie waarin er een staatsapparaat bestaat dat onafhankelijk is van volk en dat zich tegenover het volk verheft. In de beruchte uitspraak van koning Lodewijk 14: “L'etat c’est moi” komt dat duidelijk tot uitdrukking.

In een ontwikkelde participerende democratie (wat eigenlijk een tautologie is), zoals het klassieke Athene vallen burgers en de staat als het ware samen en kunnen de burgers met recht zeggen: “De staat, dat zijn wij.” Dan is een rechtstatelijke bescherming van de burger niet aan de orde.

In de geschiedenis van de Atheense polis ontstaan eerst rechtsstatelijke beschermingen waaruit zich later een directe democratie ontwikkelt met meedere wetgevende organen, de Volksvergadering, de via loting samengestelde jurypanels (Nomotheten, letterlijk wetgevers) en ook via loting samengestelde Volksrechtbanken die een wetsherzienende functie hadden. In deze politieke organen zijn de burgers zeker van hun soevereiniteit en genieten hun ‘positieve vrijheden’: vrij tot ...... 

Het is bijvoorbeeld opvallend dat Athene al in rond 600 v.Chr., toen de democratie nog nauwelijks ontwikkeld was, burgers die schulden hadden gemaakt rechtstatelijk beschermde en schuldslavernij verbood, terwijl het bij ons anno 21e eeuw nog steeds kan (en voorkomt) dat iemand die z’n schulden niet kan betalen de gevangenis in moet.

 


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Maak jouw eigen website met JouwWeb